Financieel en operationeel verslag 2016

1.4.3.1

Geconsolideerde kerncijfers
In miljoenen euro (tenzij anders vermeld) 2016 2015   Totaal mutatie in % Valuta Acquisitie Autonoom(7)
Volume Total Feed (x1.000 ton) 9.259 9.035 (1) 2,5%   1,1% 1,4%
Mengvoer 6.359 6.364   -0,1%   1,2% -1,3%
 
Omzet 2.109,0 2.244,5   -6,0% -3,9% 1,5% -3,6%
Brutowinst 407,4 424,2   -4,0% -4,5% 0,7% -0,2%
Bedrijfslasten -343,5 -363,5   -5,5% -4,7% 0,3% -1,1%
EBITDA(2) 93,9 90,1   4,2% -3,7% 2,7% 5,2%
Onderliggende EBITDA(3) 93,6 90,4   3,5% -3,7% 2,7% 4,5%
Bedrijfsresultaat 67,8 64,1   5,8% -3,1% 3,0% 5,9%
Winst toe te rekenen aan eigenaren van de Vennootschap 53,3 50,7   5,1%      
Winst over de periode 53,8 51,3   4,9%      
 
Netto kasstroom uit operationele activiteiten 81,4 61,9   31,5%      
 
Onderliggende EBITDA / Brutowinst 23,0% 21,3%          
 
Resultaat na belastingen per aandeel (x €1) 0,502 0,479   4,8%      
 
  31 december 2016 31 december 2015          
Eigen vermogen 429,0 407,2          
Solvabiliteit(4) 55,3% 52,1%          
ROACE(5) 21,6% 19,2% (6)        
 
(1) Naar beneden aangepast met 58k ton, omdat volume van overslagactivititeiten waren meegenomen.
(2) EBITDA is bedrijfsresultaat exclusief afschrijvingen en amortisatie
(3) Onderliggende betekent exclusief incidentele posten
(4) Solvabiliteit betreft het eigen vermogen gedeeld door balanstotaal
(5) ROACE betekent EBITDA gedeeld door het gemiddeld geïnvesteerd vermogen; verwezen wordt naar noot 27 van de toelichting op de jaarrekening
(6) De ROACE van 2015 is aangepast op de definitie zoals weergegeven in noot 27 van de toelichting op de jaarrekening.
(7) Autonoom is de verandering exclusief acquisitie en desinvesteringen en valuta-effecten.
Algemene opmerking: de percentages worden gepresenteerd op basis van de bedragen afgerond in miljoenen euro

1.4.3.2

Verslag 2016

De resultaten 2016 van ForFarmers zijn door de volgende factoren beïnvloed:

  • uitdagende marktomstandigheden voor boeren, vooral in het Verenigd Koninkrijk;
  • groei in Total Feed volume, mengvoer stabiel;
  • voortdurende contributie van het One ForFarmers kostenefficiëntie-programma;
  • reorganisatie in het Verenigd Koninkrijk leidt tot efficiency-verbetering;
  • solide toename EBITDA op het continent;
  • translatie-effect van het Britse pond, met name in de tweede helft van 2016;
  • overname van Vleuten-Steijn in Nederland per 1 oktober 2016;
  • verbetering van het werkkapitaal.

In de volgende analyse worden eerst de 2016 geconsolideerde resultaten toegelicht, waarna een meer gedetailleerde analyse per cluster wordt gegeven. De tabel hieronder geeft inzicht in de (j-o-j) veranderingen (zowel in absolute bedragen als in percentages) in het eerste en tweede halfjaar en het hele jaar 2016. De belangrijkste veranderingen in het tweede halfjaar worden toegelicht.

 

1.4.3.3

Mutaties kernparameters 2016 vs. 2015
In miljoenen euro (tenzij anders vermeld)   Totaal Valuta Acquisitie Autonoom(1)
Total Feed HY1 128,2 2,9%     71,4 1,6% 56,8 1,3%
(x1.000 ton) HY2 95,0 2,1%     29,7 0,6% 65,3 1,5%
  FY 223,2 2,5%     101,1 1,1% 122,1 1,4%
 
Mengvoer HY1 -27,7 -0,9%     - 0,0% -27,7 -0,9%
(x1.000 ton) HY2 23,2 0,7%     76,2 2,4% -53,0 -1,7%
  FY -4,5 -0,1%     76,2 1,2% -80,7 -1,3%
 
Brutowinst HY1 -4,0 -1,9% -4,5 -2,1% 2,6 1,2% -2,1 -1,0%
  HY2 -12,8 -6,0% -14,6 -6,8% 0,5 0,2% 1,3 0,6%
  FY -16,8 -4,0% -19,1 -4,5% 3,1 0,7% -0,8 -0,2%
 
Bedrijfslasten HY1 5,1 -2,8% 4,1 -2,3% -1,6 0,9% 2,6 -1,4%
  HY2 14,9 -8,2% 13,1 -7,2% 0,4 -0,2% 1,4 -0,8%
  FY 20,0 -5,5% 17,2 -4,7% -1,2 0,3% 4,0 -1,1%
 
Onderliggende EBITDA HY1 3,5 8,2% -0,7 -1,6% 1,4 3,3% 2,8 6,5%
  HY2 -0,3 -0,6% -2,6 -5,5% 1,0 2,1% 1,3 2,8%
  FY 3,2 3,5% -3,3 -3,7% 2,4 2,7% 4,1 4,5%
 
(1) Autonoom is de verandering exclusief acquisitie en desinvesteringen en valuta-effecten.

1.4.3.4

Het totale volume Total Feed nam in 2016 toe met 2,5% tot 9,3 miljoen ton; een combinatie van het positieve netto-effect van overnames en desinvesteringen van 1,1% en een autonome toename van 1,4%. De clusters Nederland en Duitsland/België realiseerden een volumegroei in gerapporteerde Total Feed van respectievelijk 5,9% en 4,4%. Het cluster Verenigd Koninkrijk verkocht 3,3% minder volume, dat vooral veroorzaakt werd in de rundveesector als gevolg van lage melkprijzen. Door de afname van het aantal zeugen in het Verenigd Koninkrijk, die plaatsvond in de eerste helft van het jaar, daalden de volumes in de varkenssector, vooral in de tweede helft van het jaar.

Vergeleken met 2015 bleef het totale volume mengvoer stabiel, hoewel dit het resultaat is van een positief acquisitie-effect en een autonome daling door onder meer een verschuiving naar andere producten in het Total Feed aanbod. Bovendien waren de ontwikkelingen per sector verschillend. In de rundveesector werd een groei gerealiseerd. Dit komt doordat volumegroei in de clusters Nederland en Duitsland/België de daling in het Verenigd Koninkrijk meer dan compenseerde. De groei in mengvoervolume in de varkenssector in Nederland is volledig toe te schrijven aan de overname van Vleuten-Steijn. De volumestijging in Nederland was lager dan de volumedaling in de varkenssector in de andere clusters. Alle clusters rapporteerden een hogere mengvoerafzet in de pluimveesector. Deze groei bestaat uit een aanzienlijke stijging van de afzet aan legkippenhouders en een daling van de afzet aan vleeskuikenhouders. Er waren minder vleeskuikens door de toename van welzijnsconcepten (o.a. minder dieren op een m2).

De totale omzet daalde met €135,5 miljoen tot €2.109,0 miljoen in 2016, een daling van 6,0%. Hierin is
-3,9% (-€88,2 miljoen) toe te schrijven aan het translatie-effect van de waardedaling van het Britse pond. Acquisities en desinvesteringen (netto impact) droegen €34,4 miljoen (1,5%) bij. Autonoom daalde de omzet met 3,6% (€81,7 miljoen) als gevolg van gemiddeld genomen lagere grondstoffenprijzen dan in 2015, en een verandering in de productmix (mengvoer versus co-producten). Prijsveranderingen van grondstoffen worden aan de klanten doorgegeven. De verandering in de productmix is vooral te verklaren door het feit dat er meer co-producten zijn verkocht. Dit komt deels doordat er iets meer sprake was van ‘home-mixing’ als gevolg van groter wordende boerenbedrijven, en doordat vooral in het Verenigd Koninkrijk klanten meer basis-voer producten kopen vanwege de lagere prijzen voor hun producten.

De brutowinst daalde in 2016 met €16,8 miljoen (-4,0%), waarvan €19,1 miljoen (-4,5%) veroorzaakt werd door de waardedaling van het Britse pond. Zonder valuta-invloed was de brutowinst ontwikkeling nagenoeg stabiel.

De totale brutowinstdaling (j-o-j) was groter in het tweede halfjaar 2016 dan in het eerste halfjaar, voornamelijk als gevolg van het valutaeffect (-€14,6 miljoen) dat ongeveer drie keer zo groot was als in de eerste helft van het jaar
(-€4,5 miljoen). De autonome brutowinstontwikkeling toonde een lichte stijging in de tweede helft van 2016.

In de clusters Nederland en Duitsland/België steeg de brutowinst (j-o-j) met respectievelijk 6,0% en 5,8%. Dit was vooral te danken aan hogere volumes, betere resultaten uit formulatie (optimaal gebruik van ingrediënten in het voer) en een positieve bijdrage van strategische partnerschappen. De brutowinst in het Verenigd Koninkrijk, exclusief het valutaeffect, daalde met 8,9%, wat meer is dan de daling in het volume. Dit komt voornamelijk doordat klanten besloten meer basis-voer producten te kopen.

De totale bedrijfslasten daalden in 2016 met €20,0 miljoen (-5,5%) tot €343,5 miljoen, als gevolg van een valutaeffect van -€17,2 miljoen (-4,7%) en een netto-effect van overnames en desinvesteringen van +€1,2 miljoen (+0,3%). Autonoom daalden de bedrijfslasten daarom met €4,0 miljoen (-1,1%), inclusief eenmalige kosten van €1,5 miljoen met betrekking tot de notering aan de openbare beurs Euronext Amsterdam op 24 mei 2016. Er zijn ook incidentele lasten (€1,9 miljoen) gerelateerd aan de reorganisatie in het Verenigd Koninkrijk, waarvan €1,6 miljoen in het eerste halfjaar zijn genomen. In 2015 bedroegen de netto incidentele lasten €1,7 miljoen (waardeverminderingen en pensioenkosten). De daling van bedrijfslasten is vooral toe te rekenen aan een afname van fte's en de lagere afzet in het Verenigd Koninkrijk. Er waren hogere pensioenkosten in Nederland en meer volume-gerelateerde productiekosten op het continent. De energiekosten waren lager in 2016 dan in 2015 door dalende prijzen. Dit was van toepassing op alle drie de clusters. De voortdurende focus op One ForFarmers initiatieven droegen ook bij aan een verbeterde kostenefficiëntie. Een voorbeeld is dat vooral door beter debiteurenbeheer in verbeterde marktomstandigheden in de tweede helft van 2016, de netto toevoeging aan de voorziening voor debiteuren substantieel lager (€3,7 miljoen minder) was dan in 2015. Deze verbetering vond vooral plaats in de clusters Nederland en Duitsland/België. Afschrijvingen en amortisaties in 2016 bedroegen €26,0 miljoen, gelijk aan het bedrag in 2015. Dit komt door een valutaeffect van -€1,4 miljoen en de combinatie van een autonome toename van €0,9 miljoen en €0,5 miljoen ten gevolge van overnames.

 

1.4.3.5

In miljoenen euro 2016 2015 ∆%
 
EBITDA 93,9 90,1 3,8 4,2%
 
Boekresultaten verkochte bedrijfsonderdelen / activa - 2,2 -1,4 - 0,8  
Herstructureringskosten / Bijzondere waardeverminderingen vaste activa 1,9 1,3 0,6  
Effect IFRS op pensioenen Nederland - 0,4 - 0,4  
Onderliggende* EBITDA 93,6 90,4 3,2 3,5%
Effect valutakoersveranderingen 3,3 - 3,3  
Onderliggende* EBITDA, tegen gelijkblijvende koersen 96,9 90,4 6,5 7,2%
 
Bedrijfsresultaat (EBIT) 67,8 64,1 3,7 5,8%
Onderliggend* bedrijfsresultaat (EBIT) 67,5 64,4 3,1 4,8%
 
* ‘Onderliggend(e)' betekent exclusief incidentele posten

1.4.3.6

In 2016 nam EBITDA toe met €3,8 miljoen (4,2%), inclusief een negatief valutaeffect van €3,3 miljoen (-3,7%). De ‘boekresultaten verkochte bedrijfsonderdelen/activa’ (€2,2 miljoen) hebben betrekking op de verkoop van Leafield (€0,8 miljoen) en de indirecte transportactiviteiten van Wheyfeed (€0,4 miljoen) in het Verenigd Koninkrijk en de verkoop van activa (€1,0 miljoen) voornamelijk in Oss in Nederland. Er werden herstructureringskosten ad €1,9 miljoen genomen in verband met de reorganisatie in het Verenigd Koninkrijk. De reorganisatie loopt volgens plan.

De onderliggende EBITDA nam in 2016 toe met 3,5% tot €93,6 miljoen. Bij gelijkblijvende koersen stijgt de onderliggende EBITDA met 7,2% (€6,5miljoen). Het One ForFarmers programma, gericht op het bereiken van kostefficiëntie door het gebruikmaken van schaalgrootte en het verder verbeteren van de kwaliteit van de organisatie, droeg bij aan de verbetering van de onderliggende EBITDA/brutowinst ratio van 21,3% in 2015 tot 23,0% in 2016.

Het aantal medewerkers op 31 december 2016, gerekend in fte’s, bedroeg 2.273, 4% lager dan de 2.370 op 31 december 2015. Dit was het netto resultaat van een natuurlijke uitstroom en de reorganisatie in het Verenigd Koninkrijk (ongeveer -70 fte’s), het netto effect van acquisities en desinvesteringen (-40 fte’s) en een versterking van de commerciële organisatie in Duitsland en Nederland.

De winst over de periode groeide met €2,5 miljoen (4,9%) tot €53,8 miljoen. De winst werd ook beïnvloed door:

  • de netto financieringslasten die in 2015 positief beïnvloed werden door een eenmalig valutaeffect van €0,7 miljoen. Dit verklaart de hogere financieringslasten in 2016.
  • de bijdrage van de joint venture HaBeMa, die €0,9 miljoen lager was dan in 2015. In de eerste helft van 2016 vonden aanzienlijk minder overslagactiviteiten plaats vanwege lagere handelsvolumes door dalende commodity prijzen.

De effectieve belastingdruk over 2016 kwam uit op 22,3%, vergeleken met 24,2% over de vergelijkbare periode in 2015. In 2016 is een actieve latentie gevormd terwijl in 2015 eenmalige toevoegingen aan de voorzieningen zijn gedaan.

Kapitaalstructuur

Het Eigen Vermogen bedroeg op 31 december 2016 €429,0 miljoen, een stijging van €21,8 miljoen vergeleken met 31 december 2015. Dit is voornamelijk het gecombineerde effect van de toevoeging van de 2016 winst en het uitbetaalde dividend van €24,7 miljoen. De elementen van de totaal gerealiseerde en niet-gerealiseerde resultaten hebben de verandering in het Eigen Vermogen ook beïnvloed, zoals het bedrag van het valuta translatie-verschil van de waarde van de dochtermaatschappij in het Verenigd Koninkrijk (€9,5 miljoen) en de netto toevoeging aan de pensioenvoorziening in het Verenigd Koninkrijk en België van €0,5 miljoen door het saldo van aanpassingen in actuariële aannames. De pensioentoevoeging was als gevolg van de lagere rentetarieven aan het einde van 2016 die het positieve effect van de verlaging van de inflatie-definitie in het Verenigd Koninkrijk teniet hebben gedaan. De inflatie is nu gedefinieerd op basis van de lagere CPI (Consumer Price Index) en niet langer op RPI (Retail Price Index). Het effect hiervan is een reductie van €17 miljoen op de pensioenverplichting in het Verenigd Koninkrijk. Hiertegenover heeft ForFarmers toegezegd in 2017 een additionele storting te doen van €11,7 miljoen die ten laste komt van de voorziening.

De solvabiliteitsratio is gestegen tot 55,3% aan het einde van 2016 vergeleken met 52,1% per eind 2015. Het saldo van de aanwezige banksaldi minus de bankschulden bedroeg aan het einde van 2016 €61,5 miljoen, vergeleken met €33,3 miljoen eind 2015. Er is daardoor sprake van een netto verbetering van €28,2 miljoen van het banksaldo. Het netto werkkapitaal daalde met €9,0 miljoen tot €120,0 miljoen, vooral door de daling in grondstoffenprijzen, het effect van de devaluatie van het Britse pond en beter debiteurenbeheer. Het percentage van vorderingen met betalingsachterstand kwam uit op 18,6% in 2016 (2015: 20,5%). In 2016 beschikte ForFarmers over een kredietfaciliteit van €300 miljoen (2015: €300 miljoen). De investeringen in immateriële vaste activa en vaste activa bedroegen in 2016 €33,7 miljoen, en de afschrijving en amortisatie was €26,0 miljoen. De investeringen hebben onder meer betrekking op de bouw van een nieuwe fabriek in Exeter en een nieuw centraal kantoor in Bury St. Edmunds beide in het Verenigd Koninkrijk, en op renovaties in verschillende fabrieken in Nederland, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk.

 

1.4.3.7

Resultaten en ontwikkelingen per cluster

2016

2016
In duizenden euro Nederland   Duitsland/België Verenigd Koninkrijk Groep / eliminaties Geconsolideerd
 
Total Feed volume (in tonnen) 4.282.620   2.009.255 2.966.672 - 9.258.547
 
Omzet 1.019.072   522.285 630.704 -63.099 2.108.962
 
Brutowinst 201.555   69.901 134.654 1.262 407.372
Overige bedrijfsopbrengsten 1.557   1.017 1.271 104 3.949
Bedrijfslasten -144.762   -60.471 -121.165 -17.090 -343.488
Bedrijfsresultaat 58.350   10.447 14.760 -15.724 67.833
 
Boekresultaat verkochte bedrijfsonderdelen -1.003 (1) - -1.152 - -2.155
Herstructureringskosten / Bijzondere waardeverminderingen vaste activa -   - 1.887 - 1.887
Incidentele posten -1.003   - 735 - -268
 
Onderliggend bedrijfsresultaat 57.347   10.447 15.495 -15.724 67.565
Afschrijving, amortisatie en bijzondere waardevermindering 8.550   4.035 10.712 2.747 26.044
Onderliggende EBITDA 65.897   14.482 26.207 -12.977 93.609
 
Onderliggende EBITDA / Brutowinst 32,7%   20,7% 19,5%   23,0%
ROACE(2) 45,6%   12,5% 14,3% -4,1% 21,6%
 
(1) Heeft met name betrekking op de verkoop van Oss
(2) ROACE betekent EBITDA gedeeld door het gemiddeld geïnvesteerd vermogen; verwezen wordt naar noot 27 van de toelichting op de jaarrekening

2015

2015
In duizenden euro Nederland   Duitsland/België Verenigd Koninkrijk Groep / eliminaties Geconsolideerd
 
Total Feed volume (in tonnen) 4.044.389 (3) 1.924.380 3.066.529 - 9.035.298
 
Omzet 1.001.866   529.585 771.508 -58.489 2.244.470
 
Brutowinst 190.131   66.045 166.904 1.124 424.204
Overige bedrijfsopbrengsten 1.866   563 943 8 3.380
Bedrijfslasten(1) -141.109   -58.627 -150.455 -13.343 -363.534
Bedrijfsresultaat 50.888   7.981 17.392 -12.211 64.050
 
Boekresultaat verkochte bedrijfsonderdelen -   - -1.378 - -1.378
Herstructureringskosten / Bijzondere waardeverminderingen vaste activa -   - 1.281 - 1.281
Effect IFRS op pensioenen Nederland 400   - - - 400
Incidentele posten 400   - -97 - 303
 
Onderliggend bedrijfsresultaat 51.288   7.981 17.295 -12.211 64.353
Afschrijving, amortisatie en bijzondere waardevermindering 8.167   3.609 11.754 2.508 26.038
Onderliggende EBITDA 59.455   11.590 29.049 -9.703 90.391
 
Onderliggende EBITDA / Brutowinst 31,3%   17,5% 17,4%   21,3%
ROACE(2) 43,5%   9,7% 14,4% -4,1% 19,2%
 
(1) Bedrijfslasten in 2015 zijn aangepast voor vergelijkingsdoeleinden door verfijning van de overheadallocatie
(2) ROACE betekent EBITDA gedeeld door het gemiddeld geïnvesteerd vermogen; verwezen wordt naar noot 27 van de toelichting op de jaarrekening.
(3) Naar beneden aangepast met 58k ton, omdat volume van overslagactivititeiten waren meegenomen.

1.4.3.8

Cluster Nederland

In duizenden euro 2016   2015
 
Total Feed volume (in tonnen) 4.282.620 (4) 4.044.389
 
Omzet 1.019.072   1.001.866
 
Brutowinst 201.555   190.131
Overige bedrijfsopbrengsten 1.557   1.866
Bedrijfslasten(1) -144.762   -141.109
Bedrijfsresultaat 58.350   50.888
 
Boekresultaat verkochte bedrijfsonderdelen -1.003 (2) -
Herstructureringskosten / Bijzondere waardeverminderingen vaste activa -   -
Effect IFRS op pensioenen Nederland -   400
Incidentele posten -1.003   400
 
Onderliggend bedrijfsresultaat 57.347   51.288
Afschrijving en amortisatie 8.550   8.167
Onderliggende EBITDA 65.897   59.455
 
Onderliggende EBITDA / Brutowinst 32,7%   31,3%
ROACE(3) 45,6%   43,5%
 
(1) Bedrijfslasten in 2015 zijn aangepast voor vergelijkingsdoeleinden door verfijning van de overheadallocatie
(2) Heeft met name betrekking op de verkoop van Oss
(3) ROACE betekent EBITDA gedeeld door het gemiddeld geïnvesteerd vermogen; verwezen wordt naar noot 27 van de toelichting op de jaarrekening
(4) Naar beneden aangepast met 58k ton, omdat volume van overslagactivititeiten waren meegenomen.

1.4.3.9

Total Feed Volume

Het volume Total Feed in het cluster Nederland is met 5,9% gestegen tot 4,3 miljoen ton. De groei in de afzet van mengvoer was lager dan die in Total Feed. Dit komt door een beperkte verschuiving naar alternatieve voeroplossingen.

In 2016 is een hoger volume Total Feed verkocht in de rundveesector dan in 2015. De toename vond vooral plaats in de eerste helft van 2016, omdat de afschaffing van het melkquotum zijn beslag kreeg op 1 april 2015. De relatieve verbetering in melkprijzen in de tweede helft van 2016, en het groter aantal dieren en de toegenomen melkproductie zijn de reden voor de groeiende vraag naar Total Feed oplossingen. Het volume nam ook toe in de pluimveesector. Dit werd veroorzaakt door groei in de legkippensector die enigszins werd geneutraliseerd door een afname in het volume voor vleeskuikens als gevolg van de toenemende interesse in welzijnsconcepten (minder dieren per m2). Door minder vraag naar varkensvlees is er een algehele terugval van de marktgrootte van de varkenssector in Nederland. Veel varkenshouders verkeerden in een slechte financiële situatie, vooral in het eerste halfjaar 2016 toen de varkensprijzen laag waren. Door de overname van Vleuten-Steijn nam de afzet in de varkenssector desondanks marginaal toe. Inmiddels liggen de varkensprijzen boven het meerjaars-gemiddelde.
De afzet in biologisch voer (Reudink) toonde een sterke groei met meer dan 20% vergeleken met 2015. Deze groei vond plaats in alle sectoren.

Brutowinst

In 2016 is een brutowinst van €201,6 miljoen gerealiseerd. De toename van €11,4 miljoen (+6,0%), vergeleken met 2015, werd met name veroorzaakt door het hogere volume en door betere marges in de tweede helft van het jaar als gevolg van betere formulatie (optimaal gebruik van ingrediënten in het voer) en de overname van Vleuten-Steijn.

Bedrijfslasten

De bedrijfslasten namen met 2,6% toe in 2016 vergeleken met 2015 en bedroegen €144,8 miljoen. Dit komt door het acquisitie-effect van Vleuten-Steijn en een stijging in volumegerelateerde productie en logistieke kosten. Productiekosten per ton namen echter af in vergelijk met 2015. Er waren ook hogere pensioenkosten, hogere onderhoudskosten en extra kosten met betrekking tot de #bettersafethansorry werkwijze. Het economisch klimaat verbeterde voor zowel de varkens- als de melkveesector vanaf respectievelijk het tweede en derde kwartaal. Deze situatie, strenger debiteurenbeheer en additionele zekerheden, resulteerden in een lager uitstaand bedrag aan achterstallige debiteuren aan het eind van 2016. Daardoor werden substantieel lagere toevoegingen gedaan aan de voorziening voor dubieuze debiteuren in 2016 dan in 2015.

Onderliggende EBITDA

Als gevolg van de volumegroei (+5,9%), de verbeterde brutowinst (6,0%) en de lagere toename in bedrijfslasten (2,6%), nam de onderliggende EBITDA toe met 10,8% tot €65,9 miljoen. Zodoende verbeterde de ratio van de onderliggende EBITDA/brutowinst van 31,3% in 2015 tot 32,7% in 2016.

1.4.3.10

Cluster Duitsland/België

In duizenden euro 2016 2015
 
Total Feed volume (in tonnen) 2.009.255 1.924.380
 
Omzet 522.285 529.585
 
Brutowinst 69.901 66.045
Overige bedrijfsopbrengsten 1.017 563
Bedrijfslasten -60.471 -58.627
Bedrijfsresultaat 10.447 7.981
 
Boekresultaat verkochte bedrijfsonderdelen - -
Herstructureringskosten / Bijzondere waardeverminderingen vaste activa - -
Incidentele posten - -
 
Onderliggend bedrijfsresultaat 10.447 7.981
Afschrijving en amortisatie 4.035 3.609
Onderliggende EBITDA 14.482 11.590
 
Onderliggende EBITDA / Brutowinst 20,7% 17,5%
ROACE(1) 12,5% 9,7%
 
(1) ROACE betekent EBITDA gedeeld door het gemiddeld geïnvesteerd vermogen; verwezen wordt naar noot 27 van de toelichting op de jaarrekening

1.4.3.11

Total Feed volume

Het cluster Duitsland/België rapporteerde een groei in Total Feed volume van 4,4% tot 2,0 miljoen ton en een beperktere groei in mengvoer. Evenals in Nederland geeft dit een beperkte verschuiving weer naar alternatieve voeroplossingen. In de rundveesector werd een hogere volumeafzet Total Feed geboekt in 2016, wat vooral te verklaren is door de groei van mengvoer in de eerste helft van het jaar. Er werd ook meer volume verkocht in de pluimveesector, vooral voor legkippen, als gevolg van nieuwe klanten. Deze groei werd iets teniet gedaan door een daling in het volume aan de vleeskuikensector die met name zwak was in de eerste helft van het jaar. In de varkenssector daalden de volumes in het eerste halfjaar 2016 als gevolg van een afname in het aantal dieren door lage varkensprijzen. In het tweede halfjaar stegen de volumes als gevolg van betere varkensprijzen en nieuwe klanten.

Brutowinst

De brutowinst nam toe met €3,9 miljoen tot €69,9 miljoen (+5,8%). Dit kan worden verklaard door een beter formulatie-effect in het eerste halfjaar 2016 en de sterkere stijging in het mengvoervolume in de tweede helft van het jaar.

Bedrijfslasten

De totale bedrijfslasten namen toe met €1,8 miljoen tot €60,5 miljoen (3,1%).  De reden hiervoor was een groter verkoopteam en volume-gerelateerde productie en logistieke kosten. Productiekosten per ton namen daarentegen af in vergelijking met 2015 door de One ForFarmers manier van werken. Tegenover lagere toevoegingen aan de debiteurenvoorziening in 2016 (dan in 2015) stond een hogere allocatie van centrale overheadkosten (€1,7 miljoen). Afschrijvingen namen iets toe met €0,4 miljoen.

Onderliggende EBITDA

De groei in volume en de hogere brutowinst, naast fractioneel meer bedrijfslasten, resulteerde in een stijging van de onderliggende EBITDA (j-o-j) met 25,0% tot €14,5 miljoen. De ratio van de onderliggende EBITDA/brutowinst nam toe van 17,5% in 2015 tot 20,7% in 2016.

 

1.4.3.12

Cluster het Verenigd Koninkrijk

In duizenden euro 2016 2015
 
Total Feed volume (in tonnen) 2.966.672 3.066.529
 
Omzet 630.704 771.508
 
Brutowinst 134.654 166.904
Overige bedrijfsopbrengsten 1.271 943
Bedrijfslasten -121.165 -150.455
Bedrijfsresultaat 14.760 17.392
 
Boekresultaat verkochte bedrijfsonderdelen -1.152 -1.378
Herstructureringskosten / Bijzondere waardeverminderingen vaste activa 1.887 1.281
Incidentele posten 735 -97
 
Onderliggend bedrijfsresultaat 15.495 17.295
Afschrijving en amortisatie 10.712 11.754
Onderliggende EBITDA 26.207 29.049
 
Onderliggende EBITDA / Brutowinst 19,5% 17,4%
ROACE(1) 14,3% 14,4%
 
(1) ROACE betekent EBITDA gedeeld door het gemiddeld geïnvesteerd vermogen; verwezen wordt naar noot 27 van de toelichting op de jaarrekening

1.4.3.13

Total Feed Volume

Het volume Total Feed dat in het cluster het Verenigd Koninkrijk werd verkocht daalde met 3,3% tot 3,0 miljoen ton, vooral door een grotere daling van het volume van mengvoer. Deze daling was in de tweede helft van 2016 groter dan in de eerste helft van het jaar, vooral door minder vraag naar voer in de rundveesector. ForFarmers heeft ook besloten een aantal slecht renderende contracten niet te verlengen. Bovendien werd het volume beïnvloed door een afname in het aantal zeugen. Deze afname was door boeren in gang gezet in het eerste halfjaar en leidde tot een grotere daling in het volume in de varkenssector in het tweede halfjaar. In de pluimveesector werd een autonome toename geboekt doordat nieuwe klanten werden aangetrokken die vooral in de tweede helft van 2016 meer producten kochten.

Brutowinst

De brutowinst daalde met €32,2 miljoen (-19,3%), waarvan €19,1 miljoen toe te rekenen is aan het valuta translatie-effect. De waardevermindering van het Britse pond heeft in de tweede helft van 2016 een negatieve impact (j-o-j) gehad die drie keer groter was (-€14,6 miljoen) dan in de eerste helft van 2016. Het netto-effect van overnames en desinvesteringen bedroeg €1,1 miljoen; een combinatie van €2,6 miljoen in de eerste helft van 2016 met betrekking tot de overname van Countrywide en -€1,5 miljoen in de tweede helft van het jaar vanwege de desinvesteringen van Leafield en de indirecte transportactiviteiten van Wheyfeed. De autonome brutowinst daalde met €14,2 miljoen in 2016 (j-o-j). De reden hiervoor is de daling van de volumeafzet en de keuze van veehouders om basis-voer te kopen. Dit startte in de eerste helft van 2016 en zette zich voort gedurende het jaar omdat de liquiditeitspositie van veehouders onder druk bleef staan.

Bedrijfslasten

De totale bedrijfslasten daalden met €29,3 miljoen
(-19,5%), inclusief een positief valutaeffect van €17,2 miljoen. Het netto-effect van overnames en desinvesteringen was nagenoeg nul, aangezien het acquisitie-effect in de eerste 4 maanden van 2016 volledig werd gecompenseerd door het effect van desinvesteringen in de tweede helft van het jaar. Autonoom daalden de bedrijfslasten met €13,6 miljoen (-9,0%), ondanks herstructureringskosten van €1,9 miljoen. Het doel van deze herstructurering, zoals aangekondigd in het eerste halfjaar (€1,6 miljoen kosten), is om de organisatie te stroomlijnen. De daling in volume-gerelateerde kosten, minder fte’s en de implementatie van een aantal kostenbesparende maatregelen (One ForFarmers), zorgden voor de (autonoom) lagere bedrijfslasten in 2016.

Onderliggende EBITDA

De onderliggende EBITDA daalde met 9,8% tot €26,2 miljoen. Bij gelijkblijvende koersen steeg de onderliggende EBITDA met 1,7% tot €29,5 miljoen. Het netto-effect van overnames en desinvesteringen bedroeg €1,2 miljoen, verdeeld over de eerste en tweede helft van 2016 in respectievelijk €1,4 miljoen en -€0,2 miljoen. Autonoom daalde de onderliggende EBITDA met 3% in 2016, doordat kostenbesparingen vooral in de tweede helft van het jaar de daling van het eerste halfjaar in belangrijke mate afzwakte. De ratio van de onderliggende EBITDA/brutowinst verbeterde van 17,4 % in 2015 tot 19,5% in 2016.

1.4.3.14

Centrale en ondersteunende diensten

In duizenden euro 2016 2015
 
Brutowinst 1.262 1.124
Overige bedrijfsopbrengsten 104 8
Bedrijfslasten(1) -17.090 -13.343
Bedrijfsresultaat -15.724 -12.211
 
Boekresultaat verkochte bedrijfsonderdelen - -
Herstructureringskosten / Bijzondere waardeverminderingen vaste activa - -
Incidentele posten - -
 
Onderliggend bedrijfsresultaat -15.724 -12.211
Afschrijving en amortisatie 2.747 2.508
Onderliggende EBITDA -12.977 -9.703
 
ROACE(2) -4,1% -4,1%
 
(1) Bedrijfslasten in 2015 zijn aangepast voor vergelijkingsdoeleinden door verfijning van de overheadallocatie
(2) ROACE betekent EBITDA gedeeld door het gemiddeld geïnvesteerd vermogen; verwezen wordt naar noot 27 van de toelichting op de jaarrekening.

1.4.3.15

Na doorbelasting van de overheadkosten aan de operationele clusters zijn de kosten van centrale en ondersteunende diensten toegenomen (€3,5 miljoen) door het volledige jaar-effect van de versterking van de organisatie. Dit hield onder meer in het verder versterken van de IT-afdeling om de groei van de onderneming te ondersteunen. In 2016 zijn additionele kosten gemaakt voor het project om de inkoop van niet-grondstof gerelateerde kosten te reduceren en optimaliseren. Bovendien zaten in de kosten van centrale en ondersteunende diensten ook eenmalige kosten van €1,5 miljoen die gemaakt werden in het kader van de notering op Euronext Amsterdam. In 2015 is als gevolg van herbeoordeling van voorzieningen een eenmalige bate (€2,0 miljoen) gerealiseerd. De centrale kosten worden deels doorbelast aan de clusters. In 2016 is deze methodiek verfijnd en zijn voor vergelijkingsdoeleinden de 2015 kosten aangepast. 

Dividend voorstel

Het dividendbeleid van ForFarmers is het beschikbaar stellen van een dividend tussen de 40% en 50% van het genormaliseerde resultaat na belastingen, te weten de winst toe te rekenen aan de eigenaren van de Vennootschap, exclusief het incidentele resultaat uit de verkoop van bedrijfsonderdelen/activa. De genormaliseerde winst bedraagt €51,4 miljoen, zijnde de winst toe te rekenen aan de eigenaren van de Vennootschap van €53,3 miljoen in 2016 min het incidentele resultaat uit de verkoop van bedrijfsonderdelen/activa. Er wordt een dividend van €0,24218 per gewoon aandeel (pay-out ratio van 50% van het genormaliseerde resultaat na belastingen) voorgesteld. Op 26 april 2017 zal de jaarrekening ter vaststelling aan de Algemene Vergadering van Aandeelhouders worden voorgelegd. Het dividend zal betaald worden op 9 mei 2017.

Vooruitzichten 2017

Geopolitieke ontwikkelingen zullen in 2017 van invloed zijn op de markten waarin ForFarmers actief is. De verwachting is ook dat de volatiliteit in grondstoffenprijzen en op de valutamarkten zich zal voortzetten. Vooral de fluctuatie in de waarde van het Britse pond is van invloed op de geconsolideerde resultaten van ForFarmers. Daarnaast trekt de zuivelmarkt enigszins aan, zorgt de stijgende prijs voor varkensvlees voor een beter vooruitzicht en lijkt de markt voor pluimvee stabiel te blijven in 2017. ForFarmers verwacht dan ook dat deze trends zich vertalen in een groeiende vraag naar duurzame Total Feed-oplossingen.

De lange-termijn vooruitzichten voor de agrarische sector in Noordwest-Europa blijven goed. Door een groeiende wereldbevolking en toenemende welvaart neemt de vraag naar dierlijke eiwitten toe. Tegelijkertijd wordt in de totstandkoming van deze producten meer aandacht gegeven, in de meer welvarende landen, aan het milieu en het welzijn van mens en dier. Duurzaamheid is daarom een integraal en vanzelfsprekend onderdeel van de bedrijfsactiviteiten van ForFarmers. Agrarische ondernemers worden meer en meer geconfronteerd met wet- en regelgeving en als gevolg daarvan met kosten.

Over het algemeen wordt verwacht dat de rundveesector een kleine stijging laat zien. In Nederland, echter, wordt verwacht dat de fosfaatregeling zal leiden tot enige druk op de melkveesector.  De Nederlandse overheid heeft besloten fosfaatrechten in te voeren met ingang van 2018. Om fosfaatreductie in 2017 te realiseren, heeft de Nederlandse zuivelketen (zuivelindustrie, veevoerbedrijven, LTO, adviesorganisaties en overheid) besloten tot een gezamenlijke aanpak per 1 maart 2017. ForFarmers begrijpt en ondersteunt deze maatregelen. Verwacht wordt dat dit zal resulteren in, onder andere, een beperkte afname van de veestapel in de loop van het jaar.

Consumenten, vooral in West Europa, lijken minder te kiezen voor varkensvlees. Dit is van invloed op de varkenssector. Door onder meer de aangetrokken export van varkensvlees naar vooral China wordt er een verbetering verwacht. In het Verenigd Koninkrijk verwacht ForFarmers dat op de middellange termijn de varkensstapel zal toenemen door de waardevermindering van het Britse pond, waardoor de import duurder geworden is, en door de ‘Buy British’ campagnes.

ForFarmers blijft doorgaan met het doorvoeren van operationele verbeteringen en de verdere implementatie van de Horizon 2020-strategie. In lijn hiermee, en om de organisatie en processen te optimaliseren, investeert ForFarmers in het efficiënter maken van de fabrieken en in IT oplossingen. Bovendien verwacht ForFarmers een daling in het aantal fte’s (exclusief de mogelijke impact van eventuele overnames) als gevolg van de plannen voor de optimalisatie van de supply chain in het Verenigd Koninkrijk. Hierbij is het streven een optimale specialisatie, spreiding en grootte van fabrieken en logistiek te bereiken, in lijn met de One ForFarmers aanpak en initiatieven. De plannen hiervoor worden op dit moment uitgewerkt om vervolgens met de organisatie te worden besproken. Dit moet leiden tot een besparing van ten minste £5 miljoen aan kosten per 2020 ten opzichte van het huidige kostenniveau. Mede door deze plannen, en als gevolg van additionele One ForFarmers initiatieven, verwacht ForFarmers zowel in 2017 als in 2018 ongeveer €40 miljoen tot €45 miljoen (voorheen €35 miljoen) te investeren. De investeringen voor operationele efficiency projecten moeten leiden tot een verdere verbetering van de ratio van de onderliggende EBITDA / brutowinst. Tegelijkertijd zal de stringente focus op debiteurenbeheer worden voortgezet, evenals het verder verbeteren van het werkkapitaal management. Ook zal ForFarmers zich blijven richten op het vinden van geschikte overnamekandidaten, zowel in de bestaande vier landen als in nieuwe landen in Europa en aangrenzende regio's (Europa Plus), met inachtneming van de strikte overname criteria. ForFarmers genereert een substantiële kasstroom en beschikt daarnaast over additionele financiële ruimte door de bestaande financieringsovereenkomst. ForFarmers wil flexibel zijn om relevante overnames te kunnen doen in de komende jaren maar streeft er ook naar om de balans efficiënter te maken. In verband hiermee heeft ForFarmers het voornemen om een deel van haar kaspositie beschikbaar te stellen aan aandeelhouders door middel van een inkoopprogramma van eigen aandelen. Het voorstel is een gelimiteerd aandelen-inkoopprogramma te starten als onderdeel van het jaarlijks verzochte inkoop-mandaat. De omvang van het inkoopprogramma bedraagt een waarde tussen de €40 miljoen en €60 miljoen en de inkoop eindigt uiterlijk in oktober 2018.


 

Op publicatiedatum van dit rapport worden geen majeure veranderingen in de financiële positie voorzien. ForFarmers herhaalt haar doelstelling voor de middellange termijn ten aanzien van een gemiddelde jaarlijkse toename van de onderliggende EBITDA van in de ‘mid single digits’ bij gelijkblijvende koersen, onvoorziene omstandigheden voorbehouden.

Gebeurtenissen na balansdatum

Er zijn geen materiële gebeurtenissen na balansdatum.

1.4.3.16